Natuurinclusief bouwen, modegril of overlevingsstrategie?

Tekst: Luci van Engelen

Wij zijn ons er vaak niet van bewust dat er zo dicht bij huis zoveel natuur aanwezig is.

Ik was eens op zoek naar gierzwaluwnesten in mijn buurt en zocht naar de vliegroutes van gierzwaluwen. Als ik een invliegopening in een gevel gevonden had en bleef staan om te wachten tot ik een gierzwaluw zag in- of uitvliegen, zag ik de bewoners verwonderd kijken naar wat ik aan het doen was. Ze wisten niet dat er een nest in hun gevel zat.

Zelfs bij de aanwezigheid van huismussen zie ik dat mensen geen idee hebben wat zich onder hun dakpannen afspeelt. Ze merken pas dat er iets is veranderd, als de huismussen niet meer in hun tuin rondvliegen. Dat kan zijn na een renovatie, waardoor de toegang tot de nestopeningen is geblokkeerd of na een rigoureuze kap- of snoeibeurt, waardoor de habitat van de huismus is verdwenen.

Heb jij je weleens afgevraagd waar toch die vleermuizen vandaan komen, die in de schemering rond jouw huis vliegen? Bijna niemand weet dat ze in de spouwen van huizen wonen en nestelen.

Nu de natuur onder druk staat en Nederland voor een enorme bouw- en verduurzamingsgolf staat, is het tijd om de alarmbel te luiden.

Want willen we steden leefbaar houden dan moeten we de natuur versterken, ook in én om onze huizen en gebouwen. Laten we geen wijk meer bouwen zonder extra groen. Geen huis of gebouw meer zonder voorzieningen voor vogels en vleermuizen. Want door natuurinclusief bouwen en renoveren zijn we beter bestand tegen de effecten van klimaatverandering én dragen we direct bij aan de biodiversiteit.

Als particulier kun je met kleine aanpassingen aan je huis, dieren een plek geven. Dat hoeft niet altijd een nestkast te zijn. Beschouw je huis als een rots, een natuurlijke habitat voor dieren. Je kunt een dakpan omhoog leggen zodat vogels eronder kunnen. Je kunt groen aanplanten. Of als je een dakrand moet plaatsen, een spleetje openlaten zodat er een vleermuis achter kan. Het hoeft niet ingewikkeld te zijn.

Onze gebouwde omgeving wordt zo een plek waar we de ruimte delen met vogels, insecten en wilde planten. Dat is niet alleen goed voor de natuur, maar ook voor onze eigen gezondheid en welzijn.

Vogelbescherming Nederland roept in de ‘Petitie Natuurinclusief Bouwen’ op om de volgende maatregelen te verankeren in de nieuwe omgevingswet:

1. Natuur in de woning: in elke woning komt nestgelegenheid voor gebouwafhankelijke soorten zoals huismus, gierzwaluw en vleermuizen.

2. Natuur op de woning: alle platte daken worden dubbel gebruikt. In ieder geval voor zonnepanelen en/of vegetatie.

3. Natuur in de buurt: elke woning heeft uitzicht op natuurlijk groen. De openbare ruimte dient voor minimaal 30% uit groen te bestaan en er moet op wandelafstand toegang zijn tot openbaar groen.

Goed stedelijk groen zorgt voor verkoeling in de zomerhitte, zuivert de lucht en biedt volop ruimte aan mede-stadsbewoners, zoals huismus, gierzwaluw, merel of gewone dwergvleermuis.

Door de huidige crisis die we doormaken zie ik dat mensen steeds vaker erkennen dat natuur niet alleen belangrijk is voor planten en dieren, maar ook voor onze eigen gezondheid en geestelijk welzijn. Natuur is de plek om tot rust te komen, waar koelte gevonden wordt. Het zou mooi zijn als dat bewustzijn groeit.

Kijk voor inspiratie en oplossingen op bouwnatuurinclusief.nl

Tekst: Luci van Engelen van Engelen Bloemenweiden

Plaats een reactie