Inheemse versus uitheemse planten

Oranjetips op Look zonder look. Foto: Wankja Ferguson

Oranjetips op Look zonder look. Foto: Wankja Ferguson

Voor dieren

Ik neem je graag mee in een korte beschouwing over vlinders en wilde bijen en de voordelen van inheemse planten versus uitheemse planten.
Veel vlindersoorten en alle bijensoorten nemen nectar op voor hun energie, het is hun voedsel, zodat ze kunnen vliegen en allerlei handelingen verrichten. De meeste vlinders en wilde bijensoorten zijn niet kieskeurig in de keuze van de planten waarvan ze nectar opzuigen. Je kunt ze dan ook vaak nectar zien halen bij zowel inheemse- als uitheemse planten.

Dat wordt heel anders als het de waardplanten voor de vlinders betreft. Sommige bijensoorten zijn ook voor hun nectar geheel afhankelijk van bepaalde drachtplanten. Een waardplant is de plant waar één of meerdere eitjes op afgezet worden en waar de rupsen van eten en groot op worden.

Vlinders kiezen daar voornamelijk inheemse planten voor zoals de brandnetel. Ook pinksterbloem en look-zonder-look zijn waardplanten en worden door het oranjetipje gekozen. Vaste viooltjes door veel parelmoervlinders, waaronder de keizersmantel en inheemse grassen door bijvoorbeeld de dikkopjes, zandoogjes en hooibeestjes.

Zonder deze inheemse planten die precies op het juiste tijdstip in het jaar groeien zouden we geen inheemse vlinders hebben. Je vlinderstruik lokt een hoop vlinders door haar nectar, toch wordt er geen enkele rups op grootgebracht.

Klokjes dikpoot op Klokje. Foto: Wankja Ferguson

Klokjes dikpoot op Klokje. Foto: Wankja Ferguson

Bijen

Voor een hele reeks bijensoorten geldt hetzelfde. De kleine- en grote klokjesbij en de klokjesdikpoot gebruiken de inheemse klokjessoorten, die precies op het goede tijdstip bloeien om het stuifmeel te leveren, waar de larven exclusief afhankelijk van zijn. Deze bijensoorten zijn samen met nog zo’n 72 andere bijensoorten (van het totaal van 360 in ons land) afhankelijk van een bepaalde plant voor de levering van het stuifmeel waar ze hun eitjes op afzetten en hun broed (larven die de nieuwe generatie bijen gaan vormen) groot op worden.

Andere voorbeelden zijn onder andere de heidezijdebij die van de struikheide afhankelijk is en de klimopzijdebij die van de klimop afhankelijk is. De roetbijen halen hun stuifmeel vrijwel alleen van inheemse composieten, zoals havikskruidjes en leeuwentanden. In het voorjaar zijn er diverse bijensoorten die exclusief hun stuifmeel van de wilgensoorten halen zoals bijvoorbeeld de grijze zandbij terwijl de andoornbij graag op andoorns vliegt.

Het is logisch dat vlinders en vele bijensoorten voor hun voortplanting inheems voorkomende plantensoorten kiezen. Onder normale omstandigheden zouden deze planten genoeg voorradig zijn en komt de voortplanting niet in gevaar.
Jammer genoeg zijn de omstandigheden in ons land tegenwoordig verre van normaal. Groene woestijnen heersen zowel in het boerenland als soms elders en plantkeuze in tuinen en parken wordt zelden mede bepaald door de noden van bijen en vlinders.

Veel van de planten die de vlinders en bijen nodig hebben zijn echter erg móóie planten en kunnen dus heel goed gedijen in een mooie siertuin. Je kunt dus veel doen.

Wankja Ferguson
Vlinder er Bij