Stinzenplanten

Wat is het voorjaar een heerlijke tijd, als we de eerste bloemen weer zien bloeien! Geen wonder dat vroeger op landgoederen onder bomen en struiken allerlei vroegbloeiende bol- en knolgewassen werden aangeplant. Deze bloeien voordat het blad aan de bomen komt en het bos donker wordt.

Stinzenplanten kun je ook heel goed in je eigen tuin toepassen.
Voor bijen hebben vroegbloeiende planten een grote betekenis: zij vormen vaak de enige nectarbron als de bijen in het vroege voorjaar voor het eerst uitvliegen.

Van september tot en met half december is het tijd om voorjaarsbloeiende bollen te planten. In de regel geldt dat hoe eerder ze geplant worden, hoe beter de bol aan zal slaan! Bollen die geplant worden in het najaar gaan onmiddellijk aan de slag. Er worden worteltjes gevormd waarmee de bol water en voedsel opneemt om in het voorjaar aan de groei te gaan.

Voordat je gaat planten is de voorbereiding belangrijk.
Drie stappen zijn hierin te volgen.

1) Verwijder hardnekkig onkruid
Plant je een nieuw stuk grond in? Verwijder dan eerst hardnekkig onkruid. In een wilde tuin kun je er ook voor kiezen de bollen juist te combineren met deze kruiden mits ze de bollen in het voorjaar niet overwoekeren.

2a) Bodemverbetering in een border en onder loofbomen en struiken
Werk organisch materiaal (het beste is bladaarde van twee of drie jaar oud, of een oude composthoop) door de bodem. Een laagje van 3 cm organisch materiaal is voldoende.
Licht spitten mag, maar beschadig zo min mogelijk bestaande wortels van bomen, struiken en vaste planten. Meng het goed met de bestaande bodem! Als de bodem erg dicht is (met name op kleigronden) kun je per vierkante meter ook nog een aantal scheppen houtsnippers door de bodem verwerken. Dit maakt de bodem luchtiger. Een luchtige bodem is belangrijk voor de groei van de bollen. Bij grote oppervlakken kunnen deze werkzaamheden natuurlijk met een frees gedaan worden.

2b) Bodemverbetering in een graslandje of tussen een bodembedekker
Plant je bollen in een bestaand graslandje dan kun je kiezen om per plantgat de bodem te verbeteren. Dit kost tijdens het planten wat meer werk maar voorkomt dat het gras in zijn geheel afgeplagd moet worden. Voor inplant dient het graslandje van een 3 cm dikke toplaag bladaarde voorzien te worden, waarna de bodem belucht wordt met een gazonbeluchter met holle pijpjes (geen pinnen: deze verdichten de bodem). Hetzelfde geldt voor de inplant tussen een bestaande bodembedekker alleen laat je dan het beluchten achterwege.Indien een gazon erg hard is kan het beter zijn het gazon (plaatsgewijs) af te plaggen, de grond te verbeteren zoals onder 2a omschreven en vervolgens af te rollen met een voor 1/3 gevulde (niet te zware!) tuinwals. Vervolgens na inplant opnieuw inzaaien, want de bollen komen slecht door een bestaande dichtgegroeide graszode heen.

3) Voeg kalk en eventueel vinassekali en kleimineralen toe
Het is belangrijk wat kalk toe te voegen. Één hand per vierkante meter is voldoende. Bij het planten van de bollen doe je er ook goed aan vinassekali aan de bodem toe te voegen (50-100 gram per vierkante meter).
Als je tuiniert op het zand meng dan ook kleimineralen (100-200 gram per vierkante meter) door de bodem. Zorg dat het grootste gedeelte van kalk, vinassekali en kleimineralen goed gemengd in de bodem tot 20 cm onder de bol (de wortelzone) komt te zitten.

Hoeveel bollen kun je planten?

Met een goede bodemverbetering breiden verwilderings- en stinzenbollen zich van nature uit. Als maatstaf kun je 15 á 20 bollen per soort per vierkante meter aanhouden. Het effect van verwildering komt dan na 3 of 4 jaar. Met in totaal 25 bollen per vierkante meter kun je een mooie betaalbare start maken voor bijvoorbeeld een nieuwe stinzenwei!

Bloembollen strooien
Voor het mooiste effect in het voorjaar is het belangrijk de bollen niét in rijtjes of dichte groepen te planten maar ze op een natuurlijke manier te verspreiden. Strooi met een brede armzwaai de bollen uit over het plantvak. Daar waar ze vallen worden ze geplant. Het gevolg is dat sommige bollen met tien bij elkaar komen te liggen en andere die wat te ver uit de richting gerold zijn, met daartussen wisselende aantallen.
In een bestaande beplanting is het lastig de bollen terug te vinden. Ze uitstrooien raden we hier dan ook af, maar hou het ‘natuurlijke effect’ bij het planten in gedachten!

Plantdiepte

Doorgaans kan een bol circa drie- tot viermaal de diameter van de bol (maar minimaal 5 cm diep én niet dieper dan 12 cm) geplant worden. Wortelstokjes worden circa drie cm diep geplant, horizontaal. Natuurlijk zijn er uitzonderingen.

Tot slot..
Zorg dat bij elk plantgat de humus (in de vorm van bladaarde of compost) altijd gemengd wordt met de bestaande bodem. Dit is belangrijk omdat humus vocht vasthoudt. Als de bol met haar voetjes puur in de humus staat kan deze ‘s winters te nat blijven en gaan rotten.

Deze plantadviezen over bollen komen van de website van ‘De Warande’. Daar is nog veel meer te lezen over bloembollen en hun verzorging. Bollen te bestellen via www.sterkebollen.nl