Jaar van de Bodem

Blad en humus, foto van Margo van Beem, Vis à Vis Ontwerpers

Blad en humus, foto van Margo van Beem, Vis à Vis Ontwerpers

De bodem in rust?

2015 loopt ten einde, een bewogen jaar waarin we flink in de bodem geroerd hebben, of juist niet? Want één ding dat we in dit Jaar van de Bodem hebben kunnen leren, is dat je de bodem beter met rust kunt laten.

Nu deed ik dat eigenlijk al jaren. Wieden met de hand, blad laten liggen en plantresten in het voorjaar kortknippen en als mulchlaag tussen de planten verwerken. En na 15 jaar zie ik een duidelijk verschil in mijn kleine stadstuin. De bodem was voorheen een schrale zandgrond met weinig humus en nauwelijks bodemleven. Er groeide weinig.

Van het begin af aan heb ik op bovenstaande manier getuinierd. Nu ben ik wel een plantenverzamelaar dus regelmatig planten en verplanten gebeurt wel, maar geen terugkerend grof spitwerk. Af en toe strooi ik wat compost uit mijn compostvat tussen de planten en wat samengestelde organische mest.

Door mijn verzamelwoede is de tuin qua begroeiing enorm veranderd door de jaren heen. En er vallen ook regelmatig planten weg door concurrentie of ze blijken toch niet zo geschikt voor deze tuin. Een leerzaam proces. Een berk zorgde eerst voor behoorlijk wat droogte en in een droge zomer moet ik nog wel eens wat planten extra begieten met opgevangen regenwater. Maar dat is het wel zo’n beetje.

En nu, na 15 jaar, zit de grond vol met bodemleven. Het meest opvallend zijn natuurlijk de wormen. Maar bij nadere bestudering zit er nog veel meer in een handje vol aarde, het meeste zo klein dat je een microscoop zou moeten gebruiken om meer te zien.

Ook bovengronds zijn de signalen van een goed bodemleven duidelijk zichtbaar. Het gevallen blad is in maart, april bijna allemaal verdwenen en de bodem ingetrokken. Hoezo is in de winter de natuur in rust?

De grote hoeveelheid humus zorgt er ook voor dat de grond minder snel uitdroogt dan voorheen. Hoewel een dichte plantengroei hier eveneens aan bijdraagt.

Ook heb ik heel weinig ‘last’ van ziektes, plagen of slakkenvraat. En hoewel je ’s avonds heel veel slakken ziet buikschuiven, hebben ze blijkbaar voldoende aan het organisch afval op en in de bodem. Een gezonde tuin dus.

Door het Jaar van de Bodem ben ik wel bewuster gaan kijken naar al deze ondergrondse processen en vielen steeds meer puzzelstukjes in elkaar. De verbanden worden steeds meer zichtbaar evenals het eigen herstellende vermogen van een gezonde natuurlijke bodem.

De reikwijdte van de bodem gaat veel verder dan ik me in eerste instantie gerealiseerd had en hoewel de grootste problemen van een slechte bodem bij de intensieve landbouw liggen kunnen we als groene vakmensen ook zorg dragen voor een gezondere bodem in de tuin, het park of het schoolplein.

Het Jaar van de Bodem is bijna voorbij maar we zullen als een conservator nu en in de toekomst zorg moeten blijven dragen voor het behoud en herstel van de bodem zodat de generaties na ons ook op een gezonde aarde kunnen leven.

Ik wens je een gezonde bodem toe voor 2016!

Emiel Versluis, Vis à Vis Ontwerpers